Voortplanting

Werkstukken en spreekbeurten

Iedereen is ooit piepklein geweest! Weet je dat je begonnen bent als één eicel en één zaadcel?

Van één cel naar hele baby

Wat heb je nodig om een kindje te maken? Je hebt nodig: een rijpe eicel van een vrouw en een rijpe zaadcel van een man. De eicel en de zaadcel kunnen bij elkaar komen. Dan moeten een vrouw en een man samen vrijen. De eicel en de zaadcel smelten samen tot één begincel. Die cel zet zich vast in de baarmoeder van de vrouw. Die ligt onder in haar buik. De begincel groeit ongeveer veertig weken lang. Dan is het een complete baby!

Groeien

Een kind groeit elke dag en leert steeds nieuwe dingen. Bijvoorbeeld staan, lopen, praten, lezen, rekenen en fietsen. Vanaf ongeveer tien jaar groei je naar de puberteit. Je lichaam wordt dan klaargemaakt om zelf kinderen te kunnen krijgen. Niet alle lichaamsdelen groeien even snel. Je armen en benen groeien het eerst. Daarna de rest van je lichaam. 

Puberteit

Meisjes krijgen borsten, bredere heupen, okselhaar en schaamhaar. Ze worden ongesteld. Dan is hun lichaam klaar om zelf kinderen te krijgen. Jongens krijgen bredere schouders en een lagere stem. En haar onder hun oksels, op hun gezicht en bij hun piemel. De zaadproductie in de teelballen begint. Ook hun lichaam is klaar om kinderen te maken. Als je ongeveer zeventien jaar bent, is je lichaam volwassen. Maar de veranderingen houden nooit op.